Het plaatsen van objecten op de kaart en invoeren van stamgegevens is op meerdere manieren mogelijk.
Kolken, Lijngoten en putten kunnen direct op de kaart geplaatst worden, als men een streng wilt plaatsen dienen er altijd eerst een begin en eindput op de kaart geplaatst te zijn.
Plaatsen van object.
Voor het plaatsen van een enkel object is onderstaande knoppen balk vereist, deze knoppen balk is standaard verborgen in de Office versies van SCS en kan via menu "Beeld" > "Knoppen balk" > "Objecten wijzigen" zichtbaar gemaakt en vorborgen worden.
Onderstaand de betekenis van de knoppen (van links naar rechts)
•Toevoegen kolk
•Toevoegen lijngoot
•Toevoegen put
•Toevoegen streng
•Verwijderen kolk
•Verwijderen lijngoot
•Verwijderen put
•Verwijderen streng
Door op één van deze knoppen te klikken is de geselecteerde functie één maal beschikbaar.
Als u meerdere objecten achtereen op de kaart wilt plaatsen kunt u ook het gereedschap definitief aanzetten via menu "Wijzigen objecten" > "Toevoegen" > "-Object type-"
Plaatsen kolk
•Maak het gereedschap 'Toevoegen kolk' actief (Via knoppen blak of menu)
•Klik met de linker muisknop op de kaart op de locatie waar u de kolk wilt plaatsen.
•Vul stam gegevens in op venster wat verschijnt.
oIndien u in de huidige sessie al een kolk heeft geplaatst kunt u op de knop [Neem gegevens vorige invoer over] klikken om de gegevens van de vorige kolk over te nemen.
•Klik op de knop [Opslaan] om de kolk te plaatsen en de gegevens op te slaan.
Plaatsen lijngoot
•Maak het gereedschap 'Toevoegen lijngoot' actief (Via knoppen blak of menu)
•Voeg geomerie van lijngoot toe (Minimaal 2 punten)
oKlik in de groep 'GPS punten' op de knop [Toevoegen]
oKlik vervolgens met de linker muisknop op de kaart waar de lijngoot begint.
oKlik vervolgens met de linker muisknop op het volgende punt / knik van de lijngoot op de kaart (indien deze aanwezig is)
oHerhaal bovenstaande stap tot de gehele lijngoot op de kaart is ingetekend en het laatste punt vast op de kaart staat.
oKlik in de groep 'GPS punten' op de knop [Stop].
•Vul verder stam gegevens zoveel mogelijk in.
oIndien u in de huidige sessie al een lijngoot heeft geplaatst kunt u op de knop [Neem gegevens vorige invoer over] klikken om de gegevens van de vorige lijngoot over te nemen.
•Klik op de knop [Opslaan] om de lijngoot op de kaart te plaatsen en de gegevens op te slaan.
Plaatsen put
•Maak het gereedschap 'Toevoegen put' actief (Via knoppen blak of menu)
•Klik met de linker muisknop op de kaart op de locatie waar u de put wilt plaatsen.
•Vul stam gegevens in op venster wat verschijnt.
oPutnummer is altijd verplicht en mag maar één keer binnen het project voorkomen.
oIndien u in de huidige sessie al een put heeft geplaatst kunt u op de knop [Neem gegevens vorige invoer over] klikken om de gegevens van de vorige put over te nemen.
•Klik op de knop [Opslaan] om de put op de kaart te plaatsen en de gegevens op te slaan.
Plaatsen streng
Voor het plaatsen van een streng op de kaart zijn minimaal twee putten op kaart vereist
•Maak het gereedschap 'Toevoegen streng' actief (Via knoppen blak of menu)
•Klik met de linker muisknop op de eerste put waartussen de streng geplaatst moet worden.
•Klik met de linker muisknop op de laatste put waartussen de streng geplaatst moet worden.
•Vervolgens verschijnt er een venster of wordt u doorgestuurd naar het tabblad 'Strengen' indien deze zichtbaar is.
•Vul stamgegevens streng in
oTabblad strengen
▪Vul basis gegevens van de strengen zoveel mogelijk in.
▪
▪Indien u in de huidige sessie strengen heeft opgeslagen kunt u via de knop "A" de gegevens van de vorige streng aanvullen in de huidige streng of door op de knop "O" te klikken alle gegevens overnemen/ vervangen in de huidige streng.
▪Door op de opslaan knop te klikken kun u de ingevulde gegevens opslaan.
oLos venster
▪Vul de stam gegevens zoveel mogelijk in op het venster wat verschijnt.
•Indien u in de huidige sessie al een streng heeft geplaatst kunt u op de knop [Neem gegevens vorige invoer over] klikken om de gegevens van de vorige streng over te nemen.
▪Klik op de knop [Opslaan] om de streng te plaatsen en de gegevens op te slaan.