In dit hoofdstuk staat beschreven hoe de extractie van gegevens uit inspectie bestanden en waarnemingen werkt.
Waarnemingen
In de groep waarnemingen staan na het openen van het venster alle waarnemingen die aan de strengen zijn gekoppeld in de huidige liner.
Indien er meer dan één inspectie aan een streng gekoppeld is, gebruikt SCS de laatste inspectie. Vervolgens worden alle kolommen gevuld.
•StrengID: Het id van de streng waar de waarneming aan gekoppeld is.
•Categorie: Als hier een waarde gekozen is word het aantal van deze categorie weergegeven op het liner tabblad bij overzicht.
•Pos: Meterstand vanuit beginput
•Code: De waargenomen code.
•Omschrijving: De omschrijving van de waarneming.
•Kolk: Klokstand van de waarneming.
•Kwn: Kwantificering van de waarneming
•Foto: Foto referentie van de waarneming.
•Video Video referentie van de waarneming.
•Inspectie bestand Naam van het rib bestand van de waarneming.
Door het veld categorie in een regel leeg te maken wordt de regel niet in de telling mee genomen.
Door het veld categorie te vullen wordt de regel wel mee genomen in de telling, zo doende kan een waarneming wel in de telling worden mee genomen.
Door op een regel te klikken en de video is aanwezig in de SCS mappen zal de video op de juiste tellerstand starten.
Onderstaand de categorie en waarnemingen die automatisch gevuld worden.
•Inmeten inlaten
oBCA - B (Inlaat gesloten)
•Openen inlaat
oBCA - A (Inlaat open)
•Afdichten infiltraties
oBBF (Infiltratie) icm instellingen
•Frezen obstakels
oBAG (Instekende inlaat)
oBAI (Indringend afdichtings materiaal)
oBBA (Wortels)
oBBB (Aangehechte afzetting)
oBBC (Bezonken afzetting)
oBBE (Andere obstakels)
Door op de [Opslaan] knop te klikken worden de wijzigingen opgeslagen en de aantallen overgenomen naar het liner tabblad.
Door op de [Sluiten] knop te klikken wordt het venster gesloten zonder de gegevens op te slaan en aantallen over te nemen.